Als een baby wordt geboren, ziet hij of zij de wereld nog niet zoals wij. Kleuren onderscheiden lukt nog niet goed — jonge baby’s reageren vooral op licht, beweging en contrasten. Daarom zijn er speciale zwart-wit boekjes voor baby’s gemaakt.
In deze blog lees je hoe het zicht van een baby zich ontwikkelt en krijg je tips om dit op een speelse manier te stimuleren.
De wereld door babyogen
Direct na de geboorte ziet een baby de wereld als een soort wazige zwart-wit film. Licht en vormen vallen het meest op, vooral sterke contrasten. De ogen zijn nog erg gevoelig voor prikkels, daarom draaien baby’s vaak hun hoofdje naar het licht.
Wat ze scherp kunnen zien, ligt binnen een afstand van ongeveer 20 tot 30 centimeter — precies de afstand tussen het gezicht van de ouder en de baby tijdens het voeden. Biologisch gezien is dat dus heel logisch: het is de afstand waarop liefde, warmte en contact samenkomen.

Grijstonen en kleuren
Het menselijk oog bestaat uit staafjes en kegeltjes. De staafjes zorgen ervoor dat we grijstonen kunnen zien, de kegeltjes maken kleurwaarneming mogelijk.
Bij pasgeboren baby’s werkt het zicht vooral via de staafjes — ze zien dus nog vooral contrast en vorm. De kegeltjes, die kleuren onderscheiden en het beeld scherpstellen, ontwikkelen zich pas na ongeveer drie maanden.
Daarom houden baby’s van zwart-wit patronen of duidelijke kleurcontrasten, zoals rood-wit of zwart-geel. Ze vinden het interessant om naar te kijken, omdat het hun brein prikkelt.


Leuk weetje: baby’s kijken vaak nét boven je ogen, naar de rand van je haar of je wenkbrauwen.
Dat contrast vinden ze veel spannender dan jouw gezicht zelf.
Herkennen door andere zintuigen
Omdat baby’s hun ouders nog niet goed kunnen zien, gebruiken ze andere zintuigen om te herkennen.
De stem, geur, aanraking, warmte en zelfs de hartslag van een ouder helpen de baby zich veilig te voelen.
Zo leert een baby zijn ouder al snel kennen, nog voordat het zicht volledig ontwikkeld is.
Wil je zelf ervaren hoe de wereld er voor een baby uitziet?
Kijk dan op visiondirect.nl.
Voorlezen en taalontwikkeling
Onderzoek laat zien dat baby’s die al vroeg worden voorgelezen, daar later profijt van hebben.
Voorlezen stimuleert namelijk de taalontwikkeling, ook al begrijpt de baby de woorden nog niet.
Het eerste boekje is vaak een speeltje — iets om te voelen, vast te pakken en zelfs op te sabbelen.
Maar ondertussen leert de baby al wél dat boekjes leuk zijn.
Samen lezen is samen leren: het gaat niet alleen om de woorden, maar om het contact.

Het knuffelboekje voor baby’s
Een prachtig voorbeeld is het Knuffelboekje, geïllustreerd door Deborah van de Leijgraaf en uitgegeven door Kinderboeken.nl (Ploegsma). Deborah is onze vaste illustratrice en maakt ook de vrolijke illustraties voor de DoenKids kinderdagverblijf thema’s.
In dit zachte stoffen boekje staan eenvoudige, contrasterende afbeeldingen van dieren. Samen kun je kijken, wijzen en dierengeluiden nadoen. Zo wordt lezen een gezellig spelmoment.
Het knuffelboekje is gemaakt van 100% katoen, met een verpakking van gerecycled karton — zacht voor de baby én voor het milieu.

Wil je meer werk van Deborah zien? Neem een kijkje op by-bora.com.
Boekentips voor jonge baby’s
Kies bij het voorlezen voor:
- Zachte stoffen boekjes zonder harde randen of kleine onderdelen.
- Contrasterende kleuren: zwart-wit, rood, blauw, geel, oranje of groen.
- Voel- of knisperboekjes met verschillende structuren — baby’s vinden het heerlijk om te ontdekken met hun handen en mond.
Een baby ziet in het begin vooral contrast en licht. Door zwart-wit boekjes te gebruiken, stimuleer je de visuele ontwikkeling op een natuurlijke manier. Voorlezen en samen kijken versterken bovendien de taalontwikkeling én de band tussen ouder en kind. Kortom: met een simpel zwart-wit boekje geef je de baby niet alleen prikkels, maar ook verbinding.







Leave A Comment